Wat is….
Fracturen zijn botbreuken. Meestal breekt het bot in twee delen, maar het kan ook in meer delen breken. Botbreuken komen vaker voor dan men denkt. Zij kunnen op alle plaatsen in de ondervoet voorkomen en zijn in sommige gevallen zeer moeilijk te behandelen.
Fissuren daarentegen zijn scheurtjes (een onvolledige breuk) in het botweefsel. Zij kunnen onder dezelfde omstandigheden ontstaan.
Oorzaak en behandeling….
In de ondervoet kunnen fracturen en fissuren ontstaan in het hoefbeen en het straalbeen. Het hoefbeen is in feite een vrij stevig en compact bot, maar het heeft twee zijtakken waar wel gemakkelijk een breuk of fractuur kan ontstaan. In sommige gevallen kan het hoefbeen in tweeën breken.
Fracturen of fissuren kunnen ontstaan door een ongelukkige pas, door stoten of struikelen of door een ongecontroleerde beweging van het paard.
Meteen na het ontstaan van een fractuur of fissuur kan het paard zijn voet niet meer belasten.
Om zeker te zijn van een fissuur of fractuur moeten we een gericht onderzoek verrichten. Eerst onderzoeken we de gehele onderschoen op een eventuele hoefontsteking omdat deze hetzelfde symptoom kan geven: een acute kreupelheid.
Als we er zeker van zijn dat er geen hoefontsteking is, kunnen we een röntgenopname laten maken.
Een fractuur is vrij gemakkelijk te lokaliseren. Bij een fissuur (scheurtje) is dat anders omdat een klein lijntje zeer moeilijk is te lokaliseren.
Een fractuur van het kroonuitsteeksel van het hoefbeen (17) is een van de veelvoorkomende fracturen. Het is de plaats waar de strekpees (9) zich aanhecht. Door een plotselinge trekkracht kan het breken.
Het verloop van deze fracturen of fissuren is zeer afhankelijk van de plaats van de fractuur. Een fractuur van een hoefbeentak kan beter met beslag worden vastgezet dan een fractuur aan het kroonuitsteeksel van het hoefbeen. Als een stukje hoefbeen is afgebroken zonder dat daarbij een gewrichtsvlakte is betrokken, hoeft dat geen kreupelheid te veroorzaken. Is er wel een gewrichtsvlakte bij betrokken, dan is de kans van slagen minder en is de kans op artrose (botbijvorming) die een blijvende kreupelheid zal geven, zeer groot.
De gehele hoornschoen zal bij een fractuur moeten worden geïmmobiliseerd. Dit kan zeer goed met een hoefbeslag met 3 tot 5 lippen en een cast (soort stevig gipsverband).
Het paard zal een tijd op rust moeten worden gezet om een betere genezing te verkrijgen. Tegenwoordig kunnen we een hoefbeenfractuur zo behandelen dat het paard na de behandeling nagenoeg rad zal zijn, wat niet wegneemt dat het probleem zeer ernstig is.
Na 8 weken wordt ter controle een röntgenfoto genomen om te bekijken of de fractuur op zijn plaats zit. Het hoefbeslag wordt weer met hetzelfde hoefijzer beslagen, dit om te voorkomen dat men een verkeerde druk krijgt.
.
Het tot een goed einde brengen van fractuur- of fissuurbehandelingen vereist de inzet van een zeer deskundig team van veeartsen en hoefsmeden.
Hoefbeenfracturen en -fissuren vergen een langdurige behandeling ( minimaal 6 maanden rust), maar zijn met de huidige kennis en middelen zeker goed te behandelen. In sommige gevallen wordt operatief ingegrepen; de resultaten hiervan zijn wisselend.
Straalbeenfracturen genezen zeer slecht omdat het straalbeen een klein en dun bot is dat een onderdeel vormt van het hoefgewricht (hoefkatrol).
Bovendien loopt de diepe buigpees over het straalbeen, die het straalbeen enorme krachten geeft. We mogen daarom wel stellen dat de genezing van straalbeenfracturen zeer dubieus kan zijn of ongunstig kan verlopen.
Links: een stukje van het hoefbeen afgebroken
rechts : het ijzer met 4 lippen en balk
Als paarden op een bodem met stenen moeten lopen, kan van de zijkant van het hoefbeen gemakkelijk een stukje afbreken. In dit geval liep een veulen al dartelend een botbreuk in het hoefbeen op. Het was zeer ernstig kreupel. Het is dan noodzakelijk dat snel wordt ingegrepen. Eerst wordt een röntgenfoto genomen om nauwkeurig te bepalen waar zich de breuk bevindt.
Als de exacte plaats is bepaald, kan een hoefijzer worden gemaakt met lippen en een balk om het gebied op te sluiten en de verdere voet te immobiliseren (vastzetten). Zodoende wordt het afgebroken stukje hoefbeen weer netjes op zijn plaats gezet en kan de breuk genezen.
links:het hoefijzer aangelegd en rollend op alle zijden.
rechts:de voet beslagen
Het hoefijzer moet op alle kanten kunnen afrollen. Dat wil zeggen dat geen enkele onnodige frictie (beweging van het hoefijzer) mag optreden. Hiervoor wordt zorggedragen door de beide hoefijzertakken met een balk aan elkaar te verbinden.De beide lippen moeten op elkaar aansluiten zodat er geen kans bestaat dat deze plaats nog kan bewegen.
links: fractuur hoefbeentak
rechts: kraakbeen verbening bovenop de tak van het hoefbeen.
Een fractuur in de buitentak van het hoefbeen. Hierbij zij vermeld dat op deze hoefbeen takken een verbening aanwezig is. Normaal zit op iedere tak een hoefkraakbeen dat bestaat uit een veerkrachtig bindweefsel. Dat heeft een belangrijke functie voor het hoefmechanisme. Als deze takken verkalken, dus verbenen, is de kans dat deze breken zeer groot. In sommige gevallen zullen de gebroken verbeningen geen belemmering geven.
Links:het hoefijzer voor een hoefbeen fractuur.
rechts: het aangelegd fractuur beslag.
Een fractuur van het hoefbeen wordt behandeld met een hoefbeslag dat bestaat uit een balkijzer met 5 of 6 lippen.
Het beslag dient met uiterste zorg te worden aangelegd en de voet moet zo worden beslagen dat de fractuur of fissuur tussen twee lippen ligt. Komt deze op de lijn van de fractuur of fissuur te liggen, dan bestaat de kans dat het hoefbeen te veel druk krijgt. Dit heeft tot gevolg dat het paard kreupel blijft.
Om nog meer beweging van de voet uit te sluiten kan de gehele voet nog worden ingecast.
Links: een fractuur van het straalbeen (rode pijlen). Bij deze facturen zijn de vooruitzichten slecht omdat het gewrichtskapsel ook is beschadigd en de diepe buigpees over deze vlakte ligt.
Rechts: een fractuur van de hoefbeentak.
Bij deze fractuur is te laat ingegrepen. Daardoor had de tak geen kans meer om aan elkaar te groeien door de beweging van de voet.
Links: een röntgenfoto van een fractuur van het straalbeen. De prognoses zijn hierbij slecht. |
beslag….
Ieder paard met een fissuur of fractuur wordt verschillend behandeld. Om het juiste beslag te kunnen leggen, is zeer goed overleg tussen hoefsmid en veearts noodzakelijk.
Meestal is een beslag leggen met 5 of 6 lippen niet voldoende en moet de voet alsnog met een cast worden ingepakt om er zeker van te zijn dat er totaal geen beweging meer in de voet zit.
Hierbij is het van het grootste belang dat een zeer vakkundig hoefsmid wordt ingezet. Juist in deze tijd kunnen hierbij nogal wat vraagtekens worden gezet. De smeedvaardigheid van de huidige hoefsmeden laat immers nogal wat te wensen over.
In deze situaties komt het vaak voor dat de hoefsmid zelf een hoefijzer met meestal vijf lippen (al naar gelang de plaats van de fissuur of fractuur) moet smeden.